Geldrop - Mierlo - Zesgehuchten
1913
1913 was voor
Geldrop een belangrijk jaar. In
oktober werd namelijk de
spoorlijn Eindhoven-Weert
geopend. Geldrop werd
halteplaats en kreeg zijn
stationsgebouw. Ook op het
gebied van onderwijs en feesten
was er weer van alles te doen,
zo lezen we in de krant.
De spoorlijn.
Het was bijna zover. De
gasbuizen voor de
straatverlichting langs de
Stationsweg moesten nog voor
eind oktober aangelegd worden.
Het spoorwegtraject
Eindhoven-Weert was klaar voor
gebruik. Op 30 oktober was de
officiële ingebruikname die ’s
morgens op het raadhuis in
Eindhoven begon. Daarna vertrok
het gezelschap van genodigden,
waaronder Minister Lely van
Waterstaat, met de trein
richting Weert. Op het met
vlaggen versierde perron in
Geldrop zorgde de harmonie voor
de vrolijke noten en hield
burgemeester Fleskens een
toespraak. Hij benadrukte het
belang van deze verbinding voor
de Geldropse industrie. De firma
P. de Wit had inmiddels grond
aangekocht tegenover het station
voor de bouw van een fabriek
waar 200 getouwen zouden komen
staan.
’s Avonds was er feest op de
Heuvel met een groot vuurwerk.
Harmonie La Réunion Musicale gaf
een concert.
Station Geldrop |
Scholen.
Zesgehuchten had alles netjes op
orde. Een mooie nieuwe school en
eind december werd Piet van den
Broek, oud Zesgehuchtenaar
benoemd als derde onderwijzer.
In Mierlo lag het moeilijker.
Voor de bouw van een nieuwe
school op het Hout was nog
steeds geen goedkeuring en ook
het bijbouwen van een lokaal in
het Dorp gaf problemen. Zolang
dit niet opgelost was, zat de
onderwijzer met 58 leerlingen
van 3 verschillende leerjaren in
één klaslokaal. Pas na de
verbouwing kon een nieuwe
leerkracht benoemd worden.
Ook Geldrop had alleen nog maar
plannen voor nieuwbouw. Vanwege
ruimtegebrek kregen een aantal
leerlingen les in het St.
Vincentiusgebouw. Twee jaren
eerder was de lagere school met
een proef voor een U.L.O.
begonnen. In de praktijk
betekende dat een zevende en
achtste klas. Om aan het U.L.O.
programma te kunnen voldoen
moest in de vijfde klas al Frans
en Wiskunde gegeven worden en in
de zesde klas Duits. Het
probleem was dat de zevende klas
slechts één leerling telde en de
achtste klas geen enkele.
Wethouder Tijssen, die tevens
schoolopziener was, vond de
proef volslagen mislukt en wilde
er het liefst meteen mee
stoppen. Dat zou zelfs betekenen
dat onderwijzer Vinks die zijn
ontslag ingediend had niet
vervangen hoefde te worden. Hij
kreeg in de raad echter geen
meerderheid.
Onafhankelijkheidsfeest
In 1913 was het 100 jaar geleden
dat er een einde kwam aan de
Franse overheersing. Het feest
werd in vele gemeenten gevierd.
In Geldrop werd besloten het
Onafhankelijkheidsfeest
gelijktijdig te vieren met de
opening van de nieuwe spoorlijn.
Op 21 oktober besloot het comité
geen optocht te houden, maar
kinderfeesten te organiseren en
iets te doen voor de
minderbedeelden. ’s Avonds zou
er een groot vuurwerk zijn,
betaald door Baron van Tuijll
van Serooskerken, de
kasteelheer. Hij zat in het
hoofdcomité, samen met de
burgemeester, de pastoor en
natuurlijk Vincent van den
Heuvel. Vijf dagen voor het
feest kwam het comité er achter
dat de notabelen van het dorp op
deze dag zozeer betrokken zouden
zijn bij de opening van de
spoorlijn, dat zij geen tijd
hadden voor het
Onafhankelijkfeest. Het
festiviteiten werden verplaatst
naar 17 november. Of het feest
nog ooit gehouden is weten we
niet. De trouwe correspondent
die zelfs alle katten- en
hondengebeurtenissen in de krant
rapporteerde, heeft over het
feest niets geschreven.
In Mierlo werd i.v.m. dit feest
op het Hout een festival
georganiseerd door het
mannenkoor “St. Cecilia”. Het
bleek een groot succes. Tal van
harmonieën en zangverenigingen
waren aanwezig op het
feestterrein en liepen mee in de
optocht. Woensel was zelfs
vertegenwoordigd met de harmonie
en de zangverenigingen
“Onderling zanggenot” en “La
Bonne Espérance”. De deelnemers
waren te voet, met de kar en de
tram gekomen. Het was nog nooit
zo druk geweest op het Hout. Op
het terrein werden gezamenlijk
de liederen gezongen: “Wij leven
vrij, wij leven vrij” en “O
schitterende kleuren van de
vlag”. In Mierlo-Dorp gebeurde
verder niets, Fanfare St. Lucia
had wel meegedaan aan de
activiteiten op het Hout. Het
organisatiecomité had in oktober
bij de gemeente ƒ 300,- subsidie
aangevraagd, maar die had i.v.m.
de slechte financiële positie
niets toegekend.
Over activiteiten in
Zesgehuchten werd geen melding
gemaakt. Blijkbaar leefde het
Onafhankelijkheidsfeest niet
erg.
|
|