Geldrop - Mierlo 1924
In 1924
voerde de KLM de eerste vlucht
uit van Amsterdam naar Batavia.
Verbindingen werden steeds beter
en steeds sneller. Dit gold ook,
zij het op minder hoog niveau,
voor Geldrop. Henk van de
Nieuwenhof ging met zijn
busonderneming
(Eerste Geldropse Autobusdienst,
E.G.A.D.) een vaste verbinding
onderhouden tussen Geldrop en
Eindhoven. Er bleek behoefte aan
te zijn. Nog geen jaar later
kreeg hij van B. en W. van Heeze
toestemming om ook een lijn
Eindhoven-Heeze te beginnen.
Geldrop en Mierlo waren in die
tijd vooral aangewezen op de
tramverbinding
Eindhoven-Geldrop-Mierlo-Helmond
van Tramwegmaatschappij De
Meierij.
Gas, water en elektra.
Geldrop werd in 1914 als eerste
gemeente aangesloten op het net
van de P.N.E.M. Aanvankelijk
werden de leidingen bovengronds
aangelegd. Tien jaren later
kwamen de wat afgelegen
gehuchten zoals Hulst en Hout
aan de beurt om voorzien te
worden van elektriciteit. De
aanleg op Hulst gebeurde met
materialen die vrij kwamen bij
de vervanging van het
bovengronds door een ondergronds
net in de Kerkstraat,
Nieuwendijk, Heuvel en Hofstraat.
In het kader van de
werkverschaffing werd er ook een
gas- en waterleidingnet
aangelegd. De buizen werden per
trein aangevoerd op het station
Geldrop. Het gas en water werd
betrokken van de gemeente
Eindhoven.
In Mierlo waren alleen de
hoofdstraten voorzien van
elektriciteit. Door de
uitgestrektheid van het
gemeentelijk gebied was de
aanleg in het buitengebied een
zeer kostbare zaak. In 1924
werden er wel allerlei
begrotingen opgesteld die
opliepen naar een totale uitgave
van ƒ 30.000,-, maar de
gemeenteraad kwam niet tot een
definitief besluit.
Aankoop grond.
Voor het samengaan van de
gemeenten Geldrop en
Zesgehuchten kocht de voormalige
gemeente Zesgehuchten van een
veertiental landeigenaren grond
om enkele wegen te verbreden. De
partijen kwamen mondeling tot
een akkoord en in 1920 werden de
werkzaamheden uitgevoerd. Pas in
1924 werden de koopakten
opgemaakt en ontvingen de
verkopers hun geld. Zou dat in
deze tijd nog kunnen gebeuren?
Werkgelegenheid.
In de industrie vielen
slachtoffers maar er kwamen ook
nieuwe bedrijven bij en
bestaande bedrijven bouwden
verder uit. Bierbrouwerij “Cambrinus”
in de Molenstraat werd stopgezet
en in Mierlo-Hout werd
strohulzenfabriek Crescendo
failliet verklaard.
Tricotagefabriek J.A. de Heer
breidde sterk uit. Vanaf 1931
kennen we dit bedrijf onder de
naam Tweka (de twee K’s, van
kwaliteit en kleur).

Gebouw Tweka |
De tabaksindustrie deed het
goed. J. van Beek vroeg
vergunning aan voor de vestiging
van een sigarenfabriek. Van Tuyn
uit Eindhoven verplaatste zijn
sigarenfabriek naar de
Molenstraat in Geldrop.
W. Senders uit Eindhoven kocht
het gebouw van Groentedrogerij
en Conservenfabriek Houtkopers
(“het juinfabriek”) aan de
Losweg in Zesgehuchten en bracht
de productie van zijn fietsen
over van Eindhoven naar onze
gemeente. De fabriek werd bekend
onder de naam “Serva”.
Er waren ook bedrijven met een
goed gevulde orderportefeuille.
Enkele bedrijven, zoals de N.V.
Eindhovensche Katoenmaatschappij
v/h Ign. de Haes in Mierlo en
Wollendekenfabriek firma P. de
Wit en Co in Geldrop kregen een
vergunning voor een periode van
enkele maanden om het personeel
vanaf 16 jaar op de maandag tot
en met vrijdag 9 ½ uur per dag
en op zaterdag 5 ½ uur te laten
werken.
Werklozen werden te werk gesteld
bij de bouw van het slachthuis,
het lossen van de buizen voor de
waterleiding en het onderhoud
van gemeentewegen.
Vroedvrouw.
Op 10 februari 1924 overleed
Susanna Slegers-van Stekelenborg,
vroedvrouw in Mierlo. Zij was in
1886 haar tante Maria Anna van
Stekelenborg opgevolgd, die toen
op 80 jarige leeftijd overleed
aan de gevolgen van een ongeluk
met een paard. De grootvader van
Susanna, Hendrik van
Stekelenborg was begin 19e eeuw
vroedmeester. Samen hielpen zij,
gedurende een periode van
ongeveer 120 jaren, bij het ter
wereld brengen van duizenden
Mierlonaartjes. Na het
overlijden van Susanna besloot
het gemeentebestuur geen nieuwe
vroedvrouw meer aan te stellen,
maar een eigen geneesheer. Tot
1924 werd de geneeskundige hulp
in Mierlo-Dorp verleend door
dokter L. van Erp, arts in
Geldrop en in Mierlo-Hout door
dokter Chr. Nuijens uit Helmond.
Dokter Hermans uit Ossenisse
werd door het gemeentebestuur
benoemd tegen een salaris van ƒ
2.500,- per jaar en de artsen
uit Geldrop en Helmond kregen
eervol ontslag.
In Geldrop werd mej. Cappers uit
Heerlen aangesteld tot
vroedvrouw.
Sport.
De wielersport was een
veelbedreven sport in Geldrop en
Mierlo. In Zesgehuchten had de
wielerclub “Trap met lust”
(T.M.L.) een wielerbaan liggen
waar veel koppel- en
sprintkoersen gehouden werden.
De baan, gelegen in het huidige
plan Bronzenwei werd na het
samengaan van de gemeenten
Geldrop en Zesgehuchten
“Wielerbaan Geldrop” genoemd.
Mierlo had een parcours op
Molenheide, waar wegwedstrijden
gehouden werden voor profs,
onafhankelijken en nieuwelingen.
De baan had een lengte van
ongeveer 700 meter en werd door
de Zuid Nederlandse Wielerclub
Federatie officieel op 16 maart
geopend. Bij de meeste
wedstrijden die georganiseerd
werden moesten de wielrenners
100 ronden afleggen.
Ondanks de wieler-, de
schaatswedstrijden en de
voorjaarskermis was Molenheide
niet meer als vroeger. De
belastingopbrengsten voor de
gemeente waren aanmerkelijk
gedaald. Hielden zich in het
verleden twee “controleurs der
openbare vermakelijkheden” bezig
met Molenheide, nu kreeg één van
deze parttimers eervol ontslag.
|
|